Designed 2016 by Leen.zelf
Gebr Kronenberg, brandspuitenfabriek.
Pagina van L1 en A3 van Wingerden
Brandspuitenfabriek Kronenburg te Hedel Gld.
In de Achterstraat stond tot 1950 de brandspuitenfabriek van de firma Kronenburg. In 1950 is het bedrijf verplaatst naar de gemeente Hedel omdat de gemeente Culemborg niet mee wilde werken aan een uitbreiding van de fabriek.
\In 1823 was ene Kronenburg in Culemborg actief als koperslager. Hij maakte koperen windketels voor de brandweerkorpsen in de omgeving. Deze ketels zorgden ervoor dat de brandspuiten een constante straal leverden. Al snel startte Kronenburg ook met het bouwen van complete hand-spuiten. Na 1900 begon Kronenburg met de productie van brandweerauto’s bestemd voor gemeentelijke brandweercorpsen. Hiervoor werden toen in hoofdzaak gebruikte chassis gebruikt, die afkomstig waren van Ford en Chevrolet.
Al voor de Tweede Wereldoorlog was het kleine Culemborgse fabriekje uitgegroeid tot een belangrijke fabrikant van brandweermaterieel.
Na de Tweede Wereldoorlog heeft Jan van Antwerpen drie jaar als chef-spuiter gewerkt bij de brandspuitenfabriek van Kronenburg in Culemborg. De spuitafdeling van de firma Kronenburg was gevestigd in de Korte Meent, tegenover de bedrijfswagengarage van de Gebroeders de Jong. Jan van Antwerpen was verantwoordelijk voor het aanbrengen van de witte kleur.
Het aanbrengen van de verschillende gemeentewapens op de deuren van brandweerauto’s werd altijd door een specialist uit Den Haag gedaan. Totdat Jan van Antwerpen de oude mijnheer Kronenburg liet weten dat hij die kunst ook beheerste. Hij mocht een proef maken. Die beviel zo goed dat alle gemeentewapens vanaf dat moment door Jan van Antwerpen werden geschilderd. De onderstellen voor de brandweerwagens werden later geleverd door verschillende autofabrieken, zoals Dodge, Daf en Volvo.
De opbouw, zeg maar het geraamte, bestond in die tijd helemaal uit hout. Deze opbouw werd daarna met plaatijzer bekleed. De kale pompen kwamen voornamelijk uit Duitsland en werden bij Kronenburg verder opgebouwd. In de bedrijfsruimte, die aan de Binnenmolen- straat grensde, werden de slangen geweven. De haken voor de brandslangen werden, om beschadiging van de slangen te voorkomen, met leer bekleed door Brien Dubbeldam. In het bedrijf werkten rond 1950 dertig mensen, zes daarvan in de carrosseriebouw en tien in de weverij. Bedrijfsleider van de firma Kronenburg was Otto Pikker.
Als er problemen waren met de motor en aandrijving van de bedrijfswagen werd de hulp ingeroepen van Nico Streef (in die tijd een van de beste automonteurs in Culemborg). Deze was echter niet in dienst van de firma Kronen- burg, maar werkte als monteur bij garage Van Strien.
Vanaf 1950 is Kronenburg geleidelijk aan naar een groter pand in Hedel verhuisd. Eerst de slangenweverij en de rubber- fabriek, daarna de carrosserieafdeling, toen de werkplaats voor pompenmontage en de magazijnen, vervolgens de spuiterij en ten slotte het kantoor. In Hedel werd ook begonnen met de bouw van speciale voertuigen voor vliegvelden en de petro- chemische industrie. In 1954 exporteerde het bedrijf naar bijna alle Europese landen, maar ook naar Azië, Zuid-Amerika, Afrika en Australië.
Na een aantal overnames werd in 2000, als een donderslag bij heldere hemel, het faillissement voor Kronenburg aangevraagd. Het bedrijventerrein in Hedel waar eens de firma Kronenburg was gevestigd heeft de naam Kronenburgpark gekregen. Hier zijn nu veel kleine bedrijven gevestigd in een soort bedrijven verzamelcentrum.
Bron: Canon van Culemborg